Posts tonen met het label soefisme. Alle posts tonen
Posts tonen met het label soefisme. Alle posts tonen

dinsdag 7 oktober 2014

waarom Ecofeministen "The 40 Rules of Love" van Elif Shafak moeten lezen

Onlangs las ik in mijn favoriete magazine MO* over Elif Shafak. Zij is een van de bekendste vrouwelijke schrijvers uit Turkije. Op haar naam heeft ze meer dan dertien titels. Ze is geboren in Frankrijk, opgegroeid in Istanboel en woont momenteel in London. "In haar verhalen geeft ze een stem aan vrouwen, minderheden, subculturen, immigranten en mondiale zielen. Ze bevecht clichés en taboes, doorbreekt culturele grenzen en heeft een zwak voor geschiedenis, filosofie, cultuur, mystiek en gendergelijkheid." Deze twee zinnen maakten me zeer nieuwsgierig. Ik wil zoals Elif Shafak zijn. Wanneer ik las dat ze ook nog eens gevaccineerd is door de soeficultuur, besloot ik een boek van haar te lezen. Ik koos voor "The Forty Rules of Love", omdat het over de ontmoeting tussen Rumi, de bekendste soefi-dichter en de Shams van Tabriz gaat. Ik las het boek in een ruk uit, en tijdens het lezen besefte ik dat ik niet zoals Elif Shafak wil zijn. Ik wil mezelf zijn. Elif is echter een eco-feminist, een woord dat zelfs een keer in deze novel genoemd wordt.  Haar novel gaat niet over een eco-feminist, maar zit vol waarden en idealen van ecofeminisme. 

bron: http://www.mo.be/interview/elif-shafak-turkije-lijdt-aan-geheugenverlies

West Meets East

Love came to Ella as suddenly and brusquely as if
 a stone had been burled from out of nowhere into the tranquil pond of her life. 

Het verhaal van soefisme ontplooit zich in twee parallelle vertellingen. In de dertiende eeuw hoort een beruchte ronddwalende derwisj met de naam Shams van Tabriz over een geleerde in Konya die een leegte in zijn hart voelt. Shams zoekt een zielgenoot om al zijn kennis, en vooral zijn 40 regels over liefde, met iemand te delen en voelt aan dat deze geleerde de persoon is die hij zoekt: Rumi.
Hun ontmoeting maakt van Rumi een mystieke dichter. In Amerika vandaag valt in de handen van Ella, een ongelukkige Amerikaanse huisvrouw,  een nog niet gepubliceerd manuscript van een zekere Aziz, dat over deze ontmoeting tussen Shams en Rumi gaat. Terwijl ze dit boek leest vindt Ella de moed om haar eigen transformatie te ondergaan. In dit boek smelten Oost en West, het verleden en het heden samen in een prachtig boek dat je met een glimlach eindigt.

Reizen verruimt de geest
Elif Shafak heeft zelf een nomadisch leven geleid. Haar liefde voor het nomadisch leven vertaalt zich in haar verhalen en haar personages die ook op reis vertrekken, zoals Ella, of al op reis zijn zoals Shams, en over de wijsheid te vertellen die ze daarbij vergaren. Zelf geloof ik ook dat een ecofeminist de wereld moet intrekken om te beseffen dat we allemaal druppels in een grote oceaan zijn. We zijn verschillend, maar tegelijk dragen we allemaal bij tot een groter geheel. Dat is een ecofeministische visie: liefde voor diversiteit, maar afkeer voor dualiteit.

Dualiteit
Een van de zonen van Rumi ziet de wereld duidelijk in dualisme. Hij ziet Shams en hij ziet Rumi, maar beseft niet dat ze op hun beste zijn als ze samen zijn en niet gescheiden. Shams vertelt hem een verhaal over een scheel kijkende man die van zijn meester een pot moet halen. Hij ziet echter twee potten en keert terug naar zijn meester om te vragen welke pot hij moet nemen. De meester stelt hem voor om een pot te breken en de andere te brengen. De scheel kijkende persoon breekt een pot en ziet dat de andere pot ook gebroken is. Dat is kijken met een bril van dualisme.

De testen van Shams
Shams laat Rumi verschillende testen ondergaan. Hij wil dat hij met mensen van lagere klassen omgaat, zoals prostituees, dronkaards, lepra-patiënten... In ecofeminisme bestaat geen onderscheid tussen klassen. Ecofeminisme gaat tegen patriarchale structuren, tegen denken in termen van ik vs anderen en klassenverschil.

Feminisme
Ella is echt een stereotiep voorbeeld van de ongelukkige huisvrouw in een zogenaamd prachtig leven, prachtig huis en zogezegd perfecte kinderen die allemaal studeren.  Dit personage confronteert ons met het beeld van de "perfecte vrouw". Door haar een ander koers te doen inslaan toont Elif dat we niet allemaal moeten eindigen zoals de typische Mad Men Housewife. 

Spiegels 
Pas wanneer Shams of Aziz uit het leven van respectievelijk Rumi en Ella verdwijnen, kunnen beide personen pas aan de laatste fase van hun transformatie beginnen. Het laatste deel noemt "The Void: the things that are present through their absence" en deze naam symboliseert de functie van Shams en Aziz in de transformatie. Als echte zielsgenoten waren ze een spiegel voor de ziel van Rumi en Ella. Ze zien een waarheid die ze niet eerder hebben aanschouwd. Pas wanneer hun zielsgenoten verdwijnen -zoals vele zielsgenoten doen, omdat het deel is van een zielsgenot zijn- beseffen ze dat ze altijd aan deze waarheid kunnen door in zichzelf te keren en in hun eigen hart te kijken.

Soefisme verschilt niet zo hard van ecofeminisme... lijkt me.

zondag 7 september 2014

Het ritme van de soefi



Wanneer ik voor een maand in Pakistan was, namen mijn gastheren, die ik via couchsurfing had leren kennen, me op twee donderdagavonden mee naar de schrijn van Baba Shaj Jamal in Lahore. 

Een van mijn gastheren en ik
Al voor eeuwen verzamelen vele soefi’s, volgers, zakenmannen, studenten zich wekelijks op donderdagavond om naar op het hypnotiserend ritme van de dhol, de traditionele drum, gespeeld door beroemde mensen zoals Pappu Saeen en anderen contact te zoeken met God. In het midden van het plein wervelen de derwisjen en mentaal gehandicapten en schudden met hun hoofd om in een extase te geraken. Niemand anders is toegelaten om de heilige dans te doen. Anderen zoeken dan maar hasj om in hogere sferen te geraken.  Hasj is toegelaten in soefisme en is misschien wel voor enkele aanwezigen de reden om elke donderdagavond naar hier af te zakken. Een van mijn vrienden had me op voorhand verteld dat het alleen een drumsessie met hasjrokers is, „maar dat ik voor de ervaring moest gaan”, maar het is veel meer dan dat… 

In andere takken van de islam wordt dans, muziek en drugs als het allerlaagste beschouwd. Vaak vormen deze duidelijke verschillen de aanleiding voor enkele rellen tussen soefi’s en extreem gelovigen van andere takken met enkele doden tot gevolg. 
Daarom is er overal beveiliging. 
In Pakistan en vele andere ontwikkelingslanden zie ik dat vele gebouwen omheind worden door hoge, grijze muren, liefst met prikkeldraad, en ook wanneer ik deze schrijn binnenwandel, langs de politieagenten, lijk ik in een gevangenis te stappen. Een mannengevangenis. 

Mensen komen op mijn mannelijk gezelschap af, praten Urdu of Punjabi tegen hen en maken plaats op de eerste rij voor ons. Een van mijn couchsurfing hosts grapt dat ik langer moet blijven zodat ze „de White Woman VIP CARD altijd kunnen gebruiken om de beste plaats te krijgen.”
Mensen bieden ons rijst, water, snoep en hasj aan.
Toen viel de eerste drumslag. 

Wij werden gebombardeerd door duizenden snoepjes. 
De gekte begon. Mannen scandeerden als uit een mond de naam van „Ali”. 
Ik was vooral onder de indruk van de derwisjen, hun passie voor het Verdere. De mevlevi tollen voordien alleen in mijn oriëntalistische fantasies, maar nu wordt droom werkelijkheid. 


derwisj in Lahore (c) Wendy Wuyts
Volgens sommige bronnen stamt de „heilige dans van ellipsen” uit de tijd van  Rumi. Rumi was jaren op zoek naar de waarheid en vond deze in zijn dertigen in zijn zielsgenot Shams of Tahmiz. De twee mannen filosofeerden en haalden het beste bij elkaar naar boven… totdat Shams of Tahmiz op een dag verdween. Rumi was gebroken, maar dan besefte hij dat Shams altijd als een spiegel voor hem was. Hij maakte hem compleet omdat hij Rumi in zichzelf liet keren. Zijn passie naar de waarheid dreef hem naar zijn eigen binnenste. Wat in jouw hart is, is overal. Als je woede in je hart voelt, dan zal je woede van anderen ervaren. Wie liefde vindt in zijn hart, krijgt liefde terug. In zijn innerlijke reis ging hij vaak naar de moskee en cirkelde rond de pilaar. De cirkel beweging deed hem denken aan de ellips die de hemellichamen maakte en bracht hem in trance. 
Hij schreef vele gedichten en vertellingen over het verlangen naar het eeuwige, de reünie met Allah, die je nu moet ervaren, en de verlichting door liefde. Om de waarheid te zien, zoals een soefi-Baba in Rawalpindi me eerder had verteld, moet je echter liefde in jezelf zien en dan kan je alles zien.


Ik kreeg een harige bol aangereikt. Mijn opgetrokken wenkbrauwen deed mijn gastvrouw glimlachen.  „Het is patisa,” legde ze uit. „Snoep. Het is zeer zoet.” 

Een beetje argwanend nam ik een hap. Het was nog niet zo slecht.

dinsdag 26 augustus 2014

De Eerste Nacht in -of de eerste indrukken van - Pakistan

In april 2014, wanneer de Taliban en de Pakistaanse regering in een soort van vredesonderhandeling zaten, besloot ik tijdens mijn trip in Azië twee oude vrienden van Pakistan in Lahore te bezoeken en de rest van het land te verkennen. Ik had zelfs een biodynamische boerderij nabij Lahore gevonden bij wie ik vrijwilligerswerk kon doen en een soefi muzikant in Rawalpindi (de tweelingstad van Islamabad) bij wie ik kon couchsurfen. 

Mijn verhaal in Pakistan begint in het donker. In Karachi. Door een vertraging van vier uur in Kathmandu had ik mijn connectie gemist. Het was zes uur ’s avonds. Buiten was het al donker. Ik passeerde de douane en liet me rondleiden tot bij de infobalie van Pakistani Airlines. Het is niet de eerste keer dat ik mijn „White Woman VIP card” in dit land zou misbruiken. White betekent al iets in dit land, waar nog steeds sporen te vinden zijn van het Britse koloniale bewind, Woman zorgt ervoor dat ze veel respect voor je hebben en je geen kwaad zullen doen -want zij zien de vrouw als een diamant die je moet koesteren, maar vooral ook goed moet beschermen tegen begerige mannen-  maar de combinatie van deze twee W-Woorden maakt van jou een prinses, zeker als je alleen reist. Mensen vragen aan mij of ik een actrice, een journalist of een diplomate ben. Waarom anders zou ik hier zijn? En dan nog alleen? Ik moet iemand zeer belangrijk zijn, dachten ze (en deelden ze ook met mij mee). Geen prinses, want dan zou ik een heleboel bodyguards hebben… maar ik moest toch iemand met een belangrijke reden zijn. Ik kon ook uiteraard CIA-agente zijn.  

Wanneer ik aan de balie hoorde dat de volgende vlucht pas om 08u ’s ochtends is, kwamen de krokodillentranen op. Ik heb al vaak gereisd en al vaak moeten wachten, zelfs hele nachten, maar ik had in afgelopen dagen, weken, eigenlijk al maanden, al heel wat teleurstelling en verdriet moeten verwerken. Deze angsten, pijn en onzekerheden liet ik op een krakkemikkig stoeltje in de luchthaven op de vrije loop. Soms -en volgens mij overkomt het de beste reiziger- vraag je jezelf af waarom je altijd zoveel onzekerheden en avontuur opzoekt terwijl je beter thuis kan rusten. Waarom put ik me altijd steeds zo uit? Wat drijft me altijd om meer te reizen, meer te ontdekken? Waarom was ik hier? In dit gevaarlijk land? Ik kende niemand in Karachi. Ik wilde verdwijnen in deze oceaan. Dan sloop tussen al die donkere gedachten het besef dat ik in een onbekend land ben … waar je heel snel kan verdwijnen. Die gedachte is weken bij mij gebleven en heeft me later geïnspireerd om aan een nieuw verhaal te beginnen. In dit land achter gordijnen, sluiers en andere maskers kan je heel wat verbergen. 
Ik nam mijn spullen en slofte naar buiten. Er stonden massa’s mensen… en ze keken allemaal naar mij. Nadat ik mijn euro’s in Pakistaanse rupees gewisseld had en al op een foto met een hele familie had geposeerd, had ik door dat ik de enige blanke persoon ben in deze wijde omtrek. Tot mijn opluchting vond ik een MacDonalds. Gratis wifi! Ik moest mijn gastheer waarschuwen dat ik veertien uur later zou aankomen. Terwijl ik mij over mijn iPod boog, zette een Pakistaanse man zich bij mij. Iets in de dertig, groot, verzorgd gekleed en geschoren. Hij stelde zichzelf voor als een journalist. Hij had juist de massa straatkinderen gefilmd die naar een voetbaltoernooi in het buitenland zouden vertrekken. Hij vroeg wat ik hier in een MacDonalds in Karachi deed en ik legde mijn situatie uit. Hij stelde voor dat hij mij Karachi bij nacht wou tonen. „Er is hier een mooi strand.” Ik wist niet zoveel af van Karachi, maar ik wist dat het niet zo veilig was als Lahore en Islamabad. De sensatiezoeker in mij zei echter „Gaan!” De rationale moederfiguur hield mij tegen en zei dat ik eerst mijn goede vriend in Lahore zou moeten waarschuwen. 
Ik vroeg of ik zijn gsm mocht lenen, ging buiten zitten en belde mijn vriend op. Wanneer ik zijn stem hoorde, verdwenen alle donkere wolken. Hij liet mij beloven om de nacht in de MacDonald door te brengen. „ Ik heb tien jaar in Karachi gewoond en weet dat enkele buurten zeer gevaarlijk zijn. Er is veel straatcriminaliteit.”  Al telefonisch regelde hij met die journalist als tussenpersoon een sim-kaart voor mij zodat ik vanaf nu ook telefonisch bereikbaar ben. In Pakistan kunnen buitenlanders immers geen sim-kaart hebben. Een Pakistani moet immers zijn identiteitsnummer, naam van zijn vader en zijn moeder, geboorteplaats en geboortedatum opgeven. Mijn goede vriend aan de telefoon registreerde op zijn naam een nieuwe telefoonnummer voor mij en liet mij beloven goed op de sim-card te letten „zodat het niet in de verkeerde handen kan vallen.”

Nadat de journalist is vertrokken, begon de lange nacht. Soms was ik in MacDonalds, soms dwaalde ik rond de luchthaven. Mensen staren naar mij, ik zie vrouwen in burka’s, een kindje plaste op de grond vlak aan mijn stoel, om vier uur s’ ochtends, ik staarde jaloers naar de mannen die op de grond sliepen… Wanneer ik echter op de grond wou zitten, kwamen ongeruste politieagenten al vragen of ik ok waren en lieten iemand anders van hun stoel gaan zodat „de witte dame” kon relaxen. Om vijf uur onderrichtte een elf jarig meisje mij in Urdu, de officiële taal van dit land. „Ap kesi ho?”  Dat betekent „hoe gaat het met jou?”  Om zes uur bood een heel familie mij ijs en chai aan. Chai is de Zuid-Aziatische versie van thee. Ik had het al vaak in Nepal en India gedronken. Het is verslavingwekkend, maar ik vond er niets aan. Pas in Pakistan leerde ik van de speciale smaak van chai houden. 

Eindelijk was het tijd om in te checken. Ook al was mijn lichaam moe en lag het plat op een zetel-ik trok me niets meer aan van de starende blikken- toch was mijn geest super enthousiast. Ik zou eindelijk na een jaar met twee goede vrienden herenigd worden, in een van de laatste landen waar ik mezelf ooit verwacht had. In het vliegtuig naast mij verscheen een jonge vrouw die mij pannenkoeken en koffie van MacDonalds aanbood. Ze is jonger dan mij, vertelde over haar gearrangeerd huwelijk met haar neef en Pakistaanse politiek. 

Ik kwam als een wrak in de luchthaven van Lahore aan. Terwijl ik (nerveus) op mijn bagage wachtte (en hoopte dat het de reis had overleefd), belde ik de vriend in Lahore als eerste op. „Ik ben hier.” Ik wist dat de andere vriend al buiten in de aankomsthal op mij stond te wachten.